Burgerlijk Wetboek Boek 6
Artikel 116
1
De betaling moet worden gedaan aan de woonplaats van de schuldeiser op het tijdstip van de betaling.
2
De schuldeiser is bevoegd een andere plaats voor de betaling aan te wijzen in het land van de woonplaats van de schuldeiser op het tijdstip van de betaling of op het tijdstip van het ontstaan van de verbintenis.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.